VIVE LE VÉLO? LEVE DE RENNERS!


MUR DE FRANCE


Vive Le Vélo!, behoor je tijdens de Tour, óverlopend van enthousiasme, elke etappe opnieuw te roepen. Het leven is een fiets, het leven is een feest! Iedere julidag, alle jaren weer.

De veertiende juli van gisteren: een niet al te lastige heuveletappe door het midden van Frankrijk, een transitetappe tussen Saint-Etienne en Brioude. Vijftien man een kwartier vooruit, of althans op weg daarnaartoe. Geen nieuwe virtueel leider, geen dark horse die heel stoute schoenen had aangetrokken, geen coup waar niemand rekening mee had gehouden. Nee, een gewone etappe, zonder eeuwigheidswaarde.

Tot daar opeens, iets voor halfkoers, een CCC-renner levenloos op een stoeprand wordt aangetroffen. Alessandro De Marchi. Plat op zijn buik. Een dag eerder de laatste moedige kompaan van ritwinnaar Thomas De Gendt. De Marchi verroert geen vin, wordt in folie verpakt, op een brancard gelegd, met blauwe sirenes naar het hospitaal gereden.

Het is het begin van een kwartiertje emo-tv op VRT één dat terstond alle uitroeptekens achter Vive le Velo! naar vraagtekens ombuigt. In een perfect getimede schakeling van de regisseur worden de kijkers éven naast de live-uitzending getrokken en geconfronteerd met overdenkingen uit het wielerleven van renners als Marcel Kittel en Xandro Meurisse.

Kittel, een stijlvolle en uiterst snelle Duitse sprinter en nog niet zo heel lang geleden in De Muur geafficheerd als Der Blitz – Kittel verkeert al twee jaar in een identiteitscrisis, Hij heeft zijn racefiets opgeborgen en vraagt zich af of hij ooit terug zal keren in het peloton. Fysiek zou hij het misschien nog wel aankunnen, maar zijn kop zegt anders.

Kittel is een paar dagen in de Tour om te ontdekken of hij nog één keer de juiste mensen om zich heen kan verzamelen, of hij het plezier van toen kan terugvinden. Kortom: of hij weer de oude kan worden. Een wielrenner kan van alles breken, behalve zijn moraal.

Kittel heeft ervaren wat ervoor nodig is, te schitteren op het allerhoogste niveau. Je moet disciplinair zijn in álles, dag na dag: trainingsstages, hoge druk kamers, technische innovaties, een afgewogen dieet. Bestand tegen stress en druk, van binnenuit, van buitenaf. Wielrennen op World Tour-niveau is voor maar heel weinigen een lolletje. Kittel is op zoek naar het vroegere geluk. Een wielrenner is onderdeel van een groep, maar dan nog kun je heel eenzaam zijn.

Vrijwel direct na de persconferentie van Kittel, in de Tour op uitnodiging van ARD, verscheen er op VRT één een mooi, gevoelig filmpje over Xandro Meurisse, na negen etappes de best geplaatste Belg deze Tour; dertiende.

Meurisse is een tamelijk onbekende renner, zelfs in Belgie. Maar kenners onderkennen zijn kwaliteiten. Hij debuteert nu pas in de Tour, omdat hij vorig jaar persé bij de geboorte van zijn eerste zoontje wilde zijn. Twee jaar geworsteld met vruchtbaarheidsproblemen, kon het niet opbrengen zijn vrouw alleen te laten. Dat moment wilde hij perse met haar delen.

Meurisse telefoneert op het filmpje met zijn zoontje via face-time. Het jongetje is nu een jaar. Xandro heeft de naam en geboortedatum van zijn kind op zijn arm laten tattoo-eren. Hij praat tegen het schermpje, weet niet of zijn zoontje hem herkent. Hij moet bijna huilen.

‘De Tour is mooi, maar mijn zoon is mijn leven.’

Meurisse houdt zich flink. Flinker misschien nog dan Kittel, die niet huilt, maar zijn twijfels wil toetsen en delen. Wil ervaren of hij nog gevoel heeft bij de Tour, en wat voor een.

Vive Le Vélo! De Tour is élke dag feest.

Marcel Kittel verkeert in een levensfase dat hij daarover anders is gaan denken. En Xandro Meurisse weet één ding zeker: nu beste Belg, maar het was goed vorig jaar te kiezen voor de aanstaande geboorte.

Terug naar Alessandro De Marchi. Hoe flink moet je zijn. Van bijna-ritwinnaar naar voor dood op de stoeprand. Het medisch communiqué: ribbreuken, gebroken sleutelbeen, klaplong. Eerste reactie: ‘Ik hoop snel weer te kunnen fietsen.’

Vive Le Vélo? Het is vóór alles Leve De Renners!


Peter Ouwerkerk


Xandro Meurisse


Link naar filmpje Xandro Meurisse


Leave a Reply