OVER UITGEVERIJ DE MUUR

De Muur werd geboren in juni 2002. Het idee voor een ‘literair wielertijdschrift’ kwam van Marie-Anne van Wijnen, destijds uitgeefster bij L.J. Veen in Amsterdam. Die uitgeverij gaf toen al een aantal jaren met veel succes het voetbal-bookzine Hard Gras uit, van Matthijs van Nieuwkerk, Henk Spaan en Hugo Borst: zoiets moest met een lyrische sport als wielrennen ook kunnen, vermoedde Van Wijnen.

   Ze benaderde in het najaar van 2001 Mart Smeets en Bert Wagendorp: of zij zin hadden het tijdschrift op poten te zetten. Mart Smeets was op dat moment wielerverslaggever voor de NOS en auteur van een lange rij sportboeken bij L.J. Veen. Bert Wagendorp was in de jaren negentig wielerverslaggever voor de Volkskrant en versloeg onder meer zesmaal de Tour de France. In 1995 was bij L.J. Veen zijn debuutroman De proloog verschenen.

   Op een rijkbesprenkelde avond in het Groningse café De Bres bedacht Wagendorp samen met een vriend de naam voor het tijdschrift. De volgende ochtend kon hij op een doorweekt bierviltje nog juist de omcirkelde naam ontcijferen: De Muur. Vermoedelijk was dat een verwijzing naar de beroemde Muren in het wielrennen: die van Geeraardsbergen, Huy, Bretagne en Sormano.

   Later voegde Volkskrant-wielerredacteur Bart Jungmann zich bij het duo en had De Muur een redactie.

Typerend voor De Muur is, dat van de auteurs in het allereerste nummer, dat verscheen in juni 2002, nog altijd een aantal namen aan het tijdschrift zijn verbonden. Rik Vanwalleghem, Jeroen Wielaert, Wilfried de Jong, Willie Verhegghe, Peter Ouwerkerk en natuurlijk ook Smeets, Jungmann en Wagendorp publiceren nog altijd min of meer regelmatig in het bookzine. In het tweede nummer, van oktober 2002, voegden Peter Winnen en Benjo Maso zich bij het vaste peloton van Muur-schrijvers.

   De Muur wordt gevuld door auteurs met liefde voor wielrennen én voor schrijven, en die liefdes gaan nooit meer over.

   Naast de old hands van het cyclisme zoekt De Muur ook altijd naar nieuw talent. Herman Chevrolets allereerste wielerverhaal verscheen al in het tijdschrift toen hij nog kok was en nog lang niet de bekende wielerauteur die hij nu is, Frank Heinen debuteerde als student in De Muur, Thijs Zonneveld schreef er zijn eerste grote verhalen en via De Muur maakte Nederland kennis met het schrijftalent van Vlaming Jan Boesman. Ook Dimitri Verhulst publiceerde al in De Muur toen hij nog een volslagen onbekende Vlaamse schrijver was.

Er bleek onmiddellijk belangstelling te zijn voor ‘het andere’ wielerverhaal. Het aantal abonnees van De Muur nam snel toe, de gemiddelde oplage bewoog zich vrij snel rond de huidige vier- à vijfduizend exemplaren per nummer.

In 2013 maakte De Muur zich los van uitgeverij AtlasContact en ging zelfstandig verder als Uitgeverij De Muur.