Auteur: Mart Smeets

Als je een uurtje over hebt bij het opruimen van vijftig jaar ‘alles wat er geschreven is over wielrennen’ dan kom je vaak óf totaal vergeten artikelen of vergeelde foto’s tegen, óf startlijsten van de Vuelta van 1998. Of aantekeningen van interviews met oude helden, kranten uit 1981 en 2003 en alles daar tussenin. Prachtige foto’s van Gerrit Schulte, een half uitgeschreven verhaal met Greg Lemond, you name it; het ligt er allemaal stil en gestorven, onaangeraakt, vergeten bijna.

Ik pakte een paar velletjes op en zag de namen van Poulidor en Anquetil staan, iets Frans dus. Het bleken twee lijstjes te zijn uit een groot Frans wielerblad. Na goed nadenken herinnerde ik me wat het was. Met dit soort lijstjes wilden bladenmakers uit Parijs hun verhalen een internationaal sausje geven en daarvoor had men in Frankrijk onbekende buitenlanders uit de wielersportjournalistiek aangeschreven. Ik moet dus ook namen doorgegeven hebben.

De lijst van Franse renners was interessant, maar de lijst met buitenlanders nog veel meer. Van Fransen dachten wij immers altijd te weten dat ze de grootste chauvinisten (een Frans woord overigens) waren. Op de puur Franse lijst ontbrak de naam van Maurice Garin die echter wel op de lijst van internationalen terugkwam. Op de Franse lijst staat Roger Walkowiak op de 12e plaats, op de internationale lijst staat hij op de 41e plaats.

Ik lees deze weken veel over Walkowiak omdat ik me voor een boek verdiep in de Tour van 1956.

Waarom?

Waarschijnlijk omdat de niet-Franse wielerwereld niet zoveel van deze ex-Tourwinnaar weet. Ik probeer die achterstand in te halen, maar stuit voortdurend op andere verhalen uit de tweede of derde lijn van wat Walkowiak in die betreffende Tour gedaan heeft.

Zo leerde ik dat Charly Gaul, om welke reden dan ook, in 1956 geen woord sprak met de renners van zijn ploeg. He-le-maal niets zeggen dus. Stuurs voor je uit kijken, eten en drinken en zonder iets te zeggen van tafel lopen. En de volgende dag samen naar de start rijden in het diepste stilzwijgen.

Goed, dit verhaaltje gaat over de lijstjes waarover ik het had. Dat boek komt later wel.

Zonder een mening over zo’n lijst te geven, geef ik u, lezer, de eerste twintig van een lijst van vijftig. Zo denken de Fransen dus over hun wielerhelden uit het verre verleden en ook de jongste geschiedenis. De lijstjes dateren uit een tijd dat er nog geen Tadej Pogacar (1998), Remco Evenepoel (2000) of Mathieu van der Poel (1995) was.

Lees de namen, probeer er hoofden, resultaten en eigenschappen bij te bedenken en verbaas je. Allons-y.

1. Jacques Anquetil (1934-1987)
2. Raymond Poulidor (1936-2019)
3. Bernard Hinault (1954)
4. Lucien Petit-Breton (1882-1917)
5. Henri Cornet (1884-1941)
6. Roger Pingeon (1940-2017)
7. Laurent Fignon (1960-2010)
8. Octave Lapize (1887-1917)
9. François Faber (1887-1915)
10. Louison Bobet (1925-1983)
11. Louis Trousellier (1881-1939)
12. Roger Walkowiak (1927-2017)
13. Antonin Magne (1904-1983)
14. Henri Pelissier (1889-1935)
15. Andre Leducq ((1904-1980)
16. Bernard Thevenet (1948)
17. Lucien Aimar (1941)
18. Jean Robic (1921-1980)
19. Georges Speicher (1907-1978)
20. Albert Taillandier (1879-1945)

Andere namen: 23. Jean Stablinski, 28. André Darrigade, 30. Jeannie Longo, 31. Cyrille Guimard, 34. Laurent Jalabert, 37. Gilbert Duclos-Lasalle, 50. Charly Mottet.

Internationale wielerhelden:

1. Eddy Merckx (1945)
2. Fausto Coppi (1919-1960)
3. Frederico Bahamontes (2028-2023)
4. Jacques Anquetil ( 1934-1987)
5. Raymond Poulidor (1936-2019)
6. Gino Bartali (1914-2000)
7. Maurice Garin (1871-1957)
8. Bernard Hinault (1954)
9. Lucien Petit-Breton (1882-1917)
10. Miguel Indurain (1964)
11. Felice Gimondi (1942-2019)
12. Lance Armstrong (1971)
13. Hugo Koblet (1925-1964)
14. Joop Zoetemelk (1946)
15. Henri Cornet (1894-1941)
16. Rik van Looy (1933-2024)
17. Charly Gaul (1932-2005)
18. Roger de Vlaeminck (1947)
19. Marco Pantani (1970-2004)
20. Luis Ocaña (1945-1994)

Andere namen: 23. Tom Simpson, 28. Jan Janssen, 29. Lucien van Impe, 30. Rik van Steenbergen, 34. Patrick Sercu, 39. Rudi Altig, 40. Ferdi Kübler, 41. Roger Walkowiak, 47. Freddy Maertens, 48. Francesco Moser.

(Dit zijn dus Franse lijstjes en De Muur neemt ze hier over.)

De internationale jury plaatste zes Fransen en noemde ook Henri Cornet. Ik nam voor het gemak maar aan dat niet iedereen wist dat deze goede man, die de bijnaam ‘The Joker’ droeg, de Tour van 1904 wist te winnen. Dat is dus 120 jaar geleden en de internationale jury geeft hem dus een plaats onder de zon.

Het lijkt het me aardig idee een All Time Nederlandse lijst te gaan maken. Wie pakt die handschoen op, wanneer mogen we die lijst gaan maken? Moet iemand van De Muur-redactie zich een maand gaan opsluiten of zijn er lezers van De Muur die deze uitdaging op zich willen nemen?

Corvos 00018557 028

Foto: Jacques Anquetil – foto Cor Vos ©2012

Foto header: Eddy Merckx (BEL / Team Fiat) – Photo: Cor Vos © 2024

Leave a Reply