Een museale uitdaging


Auteur: Jeroen Wielaert

Alles draait om truien, met de fiets als vehikel voor de verovering ervan. Samen zijn het geliefde verzamelobjecten en zo heb ik ze regelmatig bijeen gezien: reeksen truien en rijen fietsen. Het mooist zijn ze in een museale opstelling, maar dat blijft in Nederland een uitdaging.

Ik moest eraan denken toen ik onlangs weer een Facebookbericht van Rini Wagtmans zag. Wagtmans is de laatste nog levende wielerheld van Sint Willebrord. Met zijn nieuwe liefde Vera is hij naar Florida verhuisd. Er bleef een probleem achter in het dorp: 170 dozen met zijn wielerverzameling. Vorig jaar zocht Wagtmans contact met Jan Janssen. Samen kwamen ze met een krachtig pleidooi voor een Nationaal Wielermuseum. Het gaat om historisch erfgoed dat niet mag verdwijnen in de vuilniswagen. Een loffelijk streven, mooi om over te mijmeren.

Het is als met middeleeuwse ridders en hun rossen: uitstraling als onderdeel van hun toernooien. Dat vergt verfijnd design, op zijn best een vorm van kunst. Gek genoeg is er weinig aandacht voor de ontwerpers zelf, terwijl hun werk voortdurend te bewonderen is in en om koersen. Kijk de mensen zich vergapen.

Het Mondriaanmotief van de truien van La Vie Claire blijft een van de mooiste, de beschildering van de Sauna Diana-bus de pikantste. Rudy Fuchs stelde als wielerliefhebber en directeur van het Stedelijk Museum een expositie voor van de ploegleiderswagens met hun bonte variëteit aan kleuren en benamingen. In Amsterdam kwam het er niet van. Het werd tijdelijk gerealiseerd in het Utrechtse Spoorwegmuseum, voor de Tourstart van 2015.

Museaal gaat het vooral om nostalgie. Een paar jaar geleden was ik op bezoek bij Joop Zoetemelk. Op een verdieping van zijn mooie huis in Germigny l’Évêque heeft hij een eigen expositiezaal. Er staan rekken vol met zijn truien en de fietsen waarop hij de Tour won en wereldkampioen werd. Joop liet het me graag zien, vol trots. Hij heeft geen reden om het elders onder te brengen. Een museum thuis is mooi genoeg.

België kent een aantal wielermusea. Het Centrum Ronde van Vlaanderen in Oudenaarde is door voormalig directeur Rik Vanwalleghem danig gemoderniseerd. Het is een soort tempel van de Ronde, niet beperkt tot die ene zondag. In Roeselare pakten ze het anders aan. Het Nationaal Wielermuseum werd hip afgekort tot WieMu en heet sinds 2018 Koers. Na een ingrijpende restauratie is het gevestigd in het Arsenaal.

Nederland kent die haast religieuze cultuur niet. De Veenendaalse verzamelaar Jos van Dijk weet het. Hij heeft 24 paletdozen vol naar Roeselare gebracht. Hij onderhoudt contact met Rob Karstens, de broer van de in 2022 overleden Gerben. De Karst had een zolder vol truien, ook gloednieuwe. Van Dijk verleent ook diensten aan het Hennie Kuiper Wielermuseum in Denekamp. Nóg is dat niet het door Wagtmans en Janssen voorgestelde Nederlandse Wielermuseum.

‘Er is nog niets concreet’, zegt Van Dijk. Natuurlijk is het een geldkwestie, maar ook van beleid voor dynamische afwisseling in de exposities. Er zijn gesprekken met gemeentes. Misschien is dit nationale kunstbezit iets voor wielerstad Utrecht.

Ponteac Wim Van Est Scaled

Foto: Pontiac, Wim van Est

Gele Trui Joop Zoetemelk Scaled

Foto: Gele trui, Joop Zoetemelk

Foto header: illustratie bus Sauna Diana supporters fans – Andrew Andy Hampsten – photo Cor Vos © 2020


Leave a Reply