DE CONDOR VAN VARSSEVELD EN DE ‘AU’ NA DE ‘O’

Corvos 00035092 061

Robert Gesink Met Familie – Photo: Dion Kerckhoffs/Cor Vos © 2023


Auteur: Peter Ouwerkerk

Robert Gesink was er weer klaar voor. Voor de zeventiende maal klaar voor een nieuw wielerseizoen als fulltimeprofessional. Gesink was inmiddels van wankele kopman trouwe luitenant geworden in de Jumboploeg. Beter een sterke strateeg dan een middelmatige kopman. Hij kon zijn dagen van onsterfelijkheid maar beter vergeten. En hij gedijde in zijn nieuwe rol van meesterknecht. 

De maanden november en december zijn de renners in rust, maar hun sponsorverplichtingen brengen ze in alle hoeken van het univers. Ook in die wintermaanden vult zich een WorldTour-agenda vol verplichtingen. Om maar iets te noemen: alle materiaal, álle nieuwe spullen moeten tot in de kleinste cijfers achter de komma worden getest en gewogen. Wielrennen is steeds meer Formule-1 geworden.

Gesink was erin meegegaan, zo goed als hij kon. Hij was nieuwsgierig gebleven en had en passant een nog best palmares bij elkaar gefietst. Zeker wanneer je rekening houdt met de overdosis pech, pijn en onfortuin. En opgaves in de ambulance. 

Wie zijn statistiek van het leed bestudeert, weet dat het in feite nóg een wonder is wat Gesink heeft verricht. Hoe vaak de pechduivel niet zijn weg heeft gekruist, hoe lang dat gedwongen herstel alles bijeen niet heeft geduurd – het is eigenlijk onvoorstelbaar.

Zijn dossier gaat van hoofdblessures, scheurtje in ellepijp (2010) naar gebroken bovenbeen, gekneusde ribben, hartritmestoornissen, last van urinewegen, knieblessures, breuk in wervelkolom, gebroken ribben en sleutelbeen, schouderblessures, tot gebroken bekken (2023, anno nu). 

En dan hebben we het nog niet eens over de repeterende breuken of alledaagse troubles in (ook) zijn familie, met ziektes en erger. 

De condor van Varsseveld? Robert Gesink kon er wel om lachen. Nooit hoorde je hem zeuren, nooit vragen om medelijden. Dat er vroeger wellicht meer had ingezeten? Het zij zo; ieder zijn werk. Als rechterhand van de kopman kon een schouderklopje wat hem betreft volstaan. Gesink was van veelbelovend individu een strateeg in ploegendienst geworden, voornaam onderdeel van het succes. 

Robert Gesink zou op 17 januari jl. aftrappen voor zijn laatste wielerseizoen. Nog één jaar en dan was het uitblazen en nagenieten. Zijn palmares had hem nooit echt volledig onafhankelijk kunnen maken, maar appartementen of huizen in bergachtige trainingsgebieden genoeg. Hij wist dat het thuisfront op hem wachtte, maar hij wilde er nog één allerlaatste seizoen bij doen. 

En Gesink had iets origineels bedacht. Een maand voor de start van de Tour Down Under was hij met zijn gezin al naar Adelaide gevlogen om daar met vrouw en kinderen te gaan genieten van een anders-dan-anders vakantie. Zij genieten, híj genieten. De kinderen hadden hun huiswerk op de iPad, Robert zelf stond vrijwel dagelijks digitaal in contact met de ploegleiding op het hoofdkantoor.

Alles gaat goed. Tot het slecht gaat. 

Op de tweede dag van de Tour Down Under raakt het peloton op drift voor de laatste 25 kilometer. Opeens voelde Gesink een voorwiel tegen zijn achterwiel tikken en ja hoor – daar lag ie weer. Hoofdwonden en wéér een bekkenbreuk.

Dag seizoensvoorbereiding, dag Giro d’Italia als rechter- en linkerhand voor de Jumbokopman van dienst, Primoz Roglic.

En ik moest denken aan Erik Dekker, die óók zo’n zwarte doos kan overleggen. Diens lijf ziet er ook uit als een dartboard na drie uur pijltjes gooien. Dekker is zíjn val in de Tour 2006 nooit meer te boven gekomen. Hij heeft na ‘Verviers’ nooit meer gekoerst. Het was zijn laatste optreden. 

Maar wielrenners zijn positivo’s. Dekker, tien jaar na zijn val op sociale media: ‘Niet erg om bij stil te staan. That’s life.’ En: ‘Ik ben nog steeds appeltaart aan het eten…’

Ik vond een oude en altijd weer rake column van Wilfried de Jong. Citaat: ‘Na een val op het asfalt greep Robert Gesink naar zijn onderrug en trok een mond die zo met hem verbonden is, zijn lippen vormden een langwerpige O. De O van au.’

Op de tennistribunes van Melbourne pinkte mevrouw Nadal diezelfde dag een traantje weg; door de rugblessure van haar held Rafael. 

Door de hartverscheurende ‘au’ na de ‘o’. 

 

PS: Twee dagen na Gesinks val constateerden artsen eerst een bekkenbreuk, die bij nader inzien een schaambeenbreuk bleek te zijn. ‘Minder ernstig’ kreeg Gesink te horen. Hij hoopt eind maart weer te kunnen koersen.


‘Another Brick In The Wall’ is een serie columns van De Muur meesters zelve: Peter Ouwerkerk, Bert Wagendorp, John Kroon en Mart Smeets.

Corvos 00035092 094

Crash Robert Gesink – Photo: Kei Tsuji/Sca/Cor Vos © 2023

 

Corvos 00035092 212

Robert Gesink En Familie – Photo: Dion Kerckhoffs/Cor Vos © 2023

Leave a Reply