PETER OUWERKERK

• Gratis •


Gracias Alberto, voor de Spaanse peper


Toen de eerste bergtoppen in de Vuelta het landschap begonnen te bepalen, besloot ik de aanvallen van Alberto Contador eens te gaan noteren. Hoe vaak zou de nummer 1 van de startlijst zijn kont van het zadel tillen, zijn krijgstronie trekken en dansend op de pedalen zijn tegenstanders proberen uit te dagen?

Het was onbegonnen werk.

Ik besloot ook even de duur van Contadors acties in Excel-bestand onder elkaar te zetten, gewoon om te turven hoe lang hij bezig was zichzelf weer een beetje in het klassement te hijsen – wat hoognodig was, want na drie etappes stond hij 30ste, op 3.10 minuut van rode trui Chris Froome.

Maar ook zo’n staffel was onbegonnen werk.

Er zijn sporten die leven van de statistieken. Het scoresheet van een honkbalwedstrijd heeft meer weg van een vel scheikundige formules dan van een simpele ballgame. In een voetbalwedstrijd is het aantal balcontacten tegenwoordig even belangrijk als het aantal sierduiken ván en terugspeelballen óp de keeper. Dit seizoen ook opgedoken: de assistgever, de voorbode van de assist op de doelpuntenmaker. Ja hoor, en aan het eind van het verhaal begint de wedstrijd met de aftrap; en staat het 0-0.

De data hebben ook hun intrede gedaan in de wielersport. In Team Sky doen ze niet anders dan op het vermogensmetertje op hun stuur turen. Dat Chris Froome er nog geen nekhernia aan heeft overgehouden, is een wonder. Er zijn World Tourrenners die volledig de weg kwijt zijn, zodra ze hun wattages niet kunnen checken. Help, ploegleider – de kopman verzuipt!

Data. Leuk? Een niche, Nuttig? Mwoh. Essentieel? Misschien.

Ik zeg maar zo: Jan Raas had die dingen niet nodig.

Doch dat terzijde.

Terug naar de laatste grote ronde van Alberto Contador. Sterker: naar zijn allerlaatste wielerwedstrijd (zegt ie).

Contador heeft de Vuelta van 2017 niet gewonnen, maar hij kroop wel steeds dichterbij het podium, won zelfs op de Angliru. Hij was – zeg maar gerust –  alom aanwezig. Zijn spandoeken hingen van Andalusië tot Cantabrië: ‘Contador Gracias por Dario Labraga Todo!!!’ Als ik het tenminste goed heb ontcijferd op het witte doek in die snelle bocht naar Los Machucos. Ik spreek en lees slechts steenkolenspaans, maar ik proef uit de woorden een diepe bewondering. Wat heet: devotie!

Alberto Contador is een wielrenner zoals een wielrenner moet zijn: een attractieve, zowel fysiek als mentaal stijlvolle, ijzersterke strijder. Voortdurend bereid tot het uiterste, weg met de rekenmeesters, met de calculerende profeten, de hoogleraren economie.

Contador deed de afgelopen drie weken wat hij al zijn zestien beroepsjaren had gedaan: aanvallen. Van logische attaques tot de meest onbezonnen speldenprikken. Hij kent zichzelf het beste: ‘Alberto valt aan, of Alberto zich nu goed voelt of niet, Alberto kan gewoonweg niet in het peloton blijven zitten.’

Geboren voor een kader met twee trappers, een stuur en twee wielen: een smaakmaker, boordevol temperament. Contador = Spaanse peper.

Alberto mag dan als zovelen een beetje grijs verleden hebben, maar wie in topsport zonder zonde is… Zijn bekommernis om de toekomst van het wielrennen is groter dan die van menige collega. Hij heeft eigen geld geïnvesteerd in een jongerenprogramma om het Spaanse wielrennen er weer bovenop te krijgen. En hij hield als Señor Alberto een pleidooi voor het wielrennen met twee soorten vermogen-begrenzers.

1) Er moet een halt worden geroepen aan de verstikkende overheersing van een enkel team; er moet een geleide rekrutering worden ingevoerd, met gelijke kansen voor iedereen. 2) Het wielrennen moet terug naar een koers zonder wattagemeters. Het aangeboren, natuurlijke inzicht is vandaag de dag té ver te zoeken.

Dat lijkt een beetje op een terugkeer naar het papieren tijdperk – niet te realiseren dus, dagdromerij, maar met de intentie is niets mis. Íémand moet het zeggen; en in het geval van Contador is dat niet zomaar iemand.

Alberto Contador was zijn carrière lang een springveer zonder limieten, een spiraal tot de andere kant van het matras.

Kijk, Alberto… En danseuse. Lichtgewicht, vlieggewicht, papiergewicht!

Zijn verbeten grijns was een oprechter bekkentrekkerij dan heel het smoelenboek van Thomas Voeckler.

In welke trui ook: voor al zijn bazen een modelcoureur. Zijn beroepsernst was tegenovergesteld aan die van de idiote paljas Tinkoff.

Hoe vaak is hij ook deze Vuelta weer niet gesprongen? Hoe vaak heeft hij de finales geen kleur gegeven? Vooral zijn derde week in Cantabrië en Asturië was om te smullen. Springen en sneuvelen, óf..? Kijk Alberto… Ach god, Alberto… Ingelopen… Of… Maar nooit uitgesproken uit medelijden, nee: uit pure bewondering. Alberto maakte mensen gelukkig, gaf durvers hoop.

AC bracht meer spektakel dan Miguel Induraín met zijn vijf eindzeges bij elkaar. Hij werd van El Pistolero in 2010 gedegradeerd tot El Picogram. Cerocerocerocero et cetera 5. Omdat hij een verdacht voedingssupplement in een lap besmet vlees had willen omtoveren. Maar in de finale van de bloedstollende 20ste etappe hanteerde hij op de streep weer even het pistooltje.

De UCI zal het nooit doen, maar eigenlijk zou ASO/Unipublic bij wijze van eerbetoon Alberto zijn Tour van 2010 moeten teruggeven. Met dezelfde sentimenten als ze Alberto het rugnummer 1 hadden toegekend in zijn laatste Vuelta.

Ik besloot uiteindelijk spandoeken te gaan tellen. ‘CONTADOR – MIL GRACIAS ADORADO Y ETERNEL’. Alberto Bedankt! Maar ook dat bleek onbegonnen werk. Het waren er nóg meer dan zijn niet te stuiten serie aanvallen.


‘Another Brick In The Wall’ is een serie columns van De Muur Meesters zelve: Peter Ouwerkerk, Bert Wagendorp en John Kroon.

Leave a Reply