Auteur: John Kroon
Het was een bijzondere zondag, gisteren. Terwijl Fabio Jakobsen in de Vuelta met zijn tweede plaats bevestigde dat hij als topsprinter is teruggekeerd bij de wielerelite, won zijn vriend Julius van den Berg de laatste etappe in de Ronde van Polen.
Dat was één jaar en tien dagen nadat Jakobsen in een eindsprint in Katowice gruwelijk ten val was gekomen en daarbij een reeks verwondingen had opgelopen die bij verspreiding over meer slachtoffers ernstig genoeg zouden zijn geweest om een complete Poolse ziekenhuiszaal te vullen.
Jakobsen leeft nog. Dat was die dagen het belangrijkste nieuws. In de bewuste etappe in de Ronde van Polen van 2020 had Van den Berg het hoofd afgewend toen hij de reusachtige ravage zag die de sprinters ver voor hem kennelijk hadden veroorzaakt. Een afschuwelijk beeld, hij wilde het niet zien. De dood een jaar eerder van de Belg Bjorg Lambrechts, ook na een val in de Ronde van Polen, spookte nog door zijn hoofd.
Later in het hotel hoorde hij dat zijn vriend Fabio levensgevaarlijk gewond was geraakt. De volgende dag stapte Julius na 100 kilometer af. Hij had even geen zin meer in een peloton.
‘Fabio & Julius’ is een serie in De Muur waarin Menno Haanstra de loopbaan van de renners Fabio Jakobsen en Julius van den Berg vanaf hun jeugd beschrijft. Er zijn inmiddels zes delen verschenen en gelukkig is de reeks nog niet ten einde. Al was het maar omdat ik daardoor een bewonderaar van Fabio Jakobsen ben geworden. De manier waarop hij zijn bijna-dood overwon, hoe hij is teruggekeerd als wielrenner, zijn angsten de baas is geworden, weer voluit durft te gaan in massasprints – het is bijna onvoorstelbaar. Dat lichaam en geest dat allemaal aankunnen. Waar nuchterheid een renner kan brengen.
Eind vorig jaar werd in een van de columns onder de naam Another Brick in the Wall als dé vraag voor het komende wielerseizoen opgeworpen: hoe zal het Fabio Jakobsen vergaan? De verwachting was toen dat het antwoord vermoedelijk pas in augustus te geven zou zijn.
Maar duidelijkheid over de mentale en fysieke weerbaarheid van Jakobsen kwam er al eerder, kort nadat hij vervroegd van een nieuw gebit was voorzien, zo ongeveer de laatste van een reeks operaties aan het lijf. Het antwoord kwam in april, toen hij in de Ronde van Turkije zijn terugkeer vierde. En vorige maand kwam het nog luider binnen toen Fabio in de Ronde van Wallonië naar twee ritzeges sprintte. Dylan Groenewegen, de sprinter van Jumbo-Visma die voor een belangrijk deel schuldig was aan de crash van Jakobsen in Polen en negen maanden geschorst werd, nam na een van die overwinningen zijn petje af voor zijn rivaal en zei tegen Wielerflits: ‘Als ik dan zelf niet win, is het Fabio enorm gegund. Het is voor ons beiden een rottijd geweest, maar voor Fabio nog veel meer.’
Groenewegen en Jumbo-Visma hebben alle reden om Jakobsen het beste te wensen. Er lopen rechtszaken met schadeclaims als inzet. Voor hetzelfde geld – nou ja, voor veel minder dus – had Jakobsen na zijn horrorval in Polen nooit meer kunnen wielrennen en had hij zijn loopbaan op 23-jarige leeftijd moeten beëindigen. Zijn werkgever in de persoon van Patrick Lefevere maakte zijn woede daarover luidkeels kenbaar. Dan maar euro’s op tafel.
Als ik juridisch adviseur van Jumbo-Visma was, zou ik zeggen: probeer in deze Ronde van Spanje een combine te sluiten met De Ceuninck – Quick-Step: we gaan samen strijden voor de rode leiderstrui voor Roglic en een of meer etappezeges en/of het puntenklassement voor Jakobsen. We staan elkaar bij waar het kan, in wederzijds belang. Hoe beter het vanaf nu met de wielercarrière van Jakobsen vergaat, hoe minder er reden is voor een schadeclaim tegen Jumbo-Visma en tegen Groenewegen. En hoe meer de lucht tussen beide renners kan worden geklaard.
Help Fabio, doe het voor Dylan.