De nieuwe Merckx (m/v)


Another brick in the wall


Auteur: John Kroon 

Innsbruck (1)

Wielerschrijver Herman Chevrolet heeft onweerlegbaar gelijk met zijn constatering dat er na Eddy maar één nieuwe Merckx in het profpeloton is komen fietsen en dat was Axel.

   ‘De nieuwe Merckx’. Je hoort het nochtans veel in Vlaanderen, vooral dit jaar. Een voormalige jeugdvoetballer van Anderlecht en PSV is daarvoor verantwoordelijk. Nadat hij vorige week weer eens iedereen imponeerde met een vliegende achtervolging bergop na pech met de fiets, voortgezet met een onnavolgbare solo die hem de wereldtitel bij de junioren opleverde, is het onmogelijk om nog langer zijn prestaties te relativeren. Ook al is Remco Evenepoel pas 18, en zijn er voorbeelden bij de vleet van in de knop gebroken talenten, onder wie eerdere wereldkampioenen bij de jongeren. Maar het blijft wel verstandig als Belgische wielerfans af en toe een kalmeringsmiddel slikken.

   Feit is dat zelfs Merckx senior zelf het niet langer houdt. In onder meer Het Nieuwsblad beweerde hij dat Evenepoel misschien wel beter wordt dan hijzelf was. ‘Laten we eerlijk zijn: wat hij presteert, is ongelofelijk. Uitzonderlijke klasse.’ Merckx zelf is nooit wereldkampioen geworden bij de junioren, in zijn tijd bestond die categorie nog niet bij de WK. Maar hij won de titel op zijn negentiende wel bij wat toen ‘amateurs’ of  ‘liefhebbers’ werd genoemd, niet te verwarren met de  huidige lichting veteranen die op zondagochtenden opkomend buikvet bestrijden. Merckx versloeg, in Sallanches, renners die drie of vier jaar ouder waren.

   De wielerwereld maakte kennis met een nieuw fenomeen. Het heette Merckx. Van ‘de nieuwe’ kon nog geen sprake zijn.

 

Innsbruck (2)

Over kannibalen gesproken. Anna van der Breggen won dit jaar de Strade Bianche, de Ronde van Vlaanderen, de Waalse Pijl, Luik-Bastenaken-Luik en nog zo het een en ander. En zaterdag werd ze wereldkampioen, qua solo op zijn Evenepoels (of Evenepoel deed het op zijn Van der Breggens). ‘De nieuwe Merckx is een vrouw!’ twitterde prompt  VRT-commentator Renaat Schotte. Kannibalisme is dus geen exclusieve hobby van Belgische wielrenners. Ze deed het bovendien in het vertrouwen dat God een plan met haar heeft, zo vertrouwde ze eerder in Innsbruck journalist Tijs van den Brink van de EO toe. Al weet ze niet welk plan. ‘Ik denk dat God dat alleen weet. Als ik soms twijfel over wat ik doe, dan heb ik wel het vertrouwen dat God me hierheen heeft gestuurd. Hij zal dan ook wel een weg voor mij zoeken.’

   De route naar de eindstreep wist ze zaterdag prima te vinden, zo te zien zonder hulp van boven. De Nederlandse deelneemsters logenstraften bovendien het nogal stellige vermoeden vooraf van columnisten en journalisten dat onderlinge animositeit tussen Van der Breggen en Annemiek van Vleuten, en ook tussen andere rijdsters, het oranje gelegenheidsteam parten zou gaan spelen. Hugo Camps trok in NRC de vergelijking met niets minder dan de koude oorlog in de vorige eeuw tussen de ploegen van Peter Post en Jan Raas. Raymond Kerckhoffs (De Telegraaf) wist op basis van off-the-record-gesprekken dat er van ‘onderlinge irritaties’ sprake was en kon wijzen op het debâcle bij het EK in Glasgow.

   Er is niets van gebleken, al weten we niet wat wat er zou zijn gebeurd als Annemiek van Vleuten niet uitgerekend deze dag – alsof de duivel ermee speelde – grotendeels met een, zo bleek later, gebroken knie had rondgefietst.

 

Innsbruck (3)

Een staaltje van overdreven nationalisme was de afgelopen week te zien in het Algemeen Dagblad. Dagelijks illustreerde deze krant artikelen over het WK behalve met het lachende jongensgezicht van de verslaggever met een rood-wit-oranje-blauw vignet dat luidde: ‘De week van het Nederlandse wielrennen’. Voor een evenement waarnaar meer dan veertig landen, van Letland tot Nieuw-Zeeland, deelnemers hadden afgevaardigd. Dat wereldkampioenen opleverde uit Oostenrijk, Zwitserland, België, Australië, Duitsland, Denemarken, Spanje en inderdaad Nederland.

Nam bij de vrouwen de overmacht van Nederland schaats-achtige vormen aan, bij de mannen, met name bij de junioren en de beloften, was daar allerminst sprake van.

   Andere medailles kwamen terecht bij wielrenners en wielrensters uit onder meer Italië, Frankrijk, de Verenigde Staten, Groot-Brittannië, Canada, Finland.

   Het was topsport op een zwaar en fraai parcours, het was de week van het mondiale wielrennen, gelukkig.

 

Innsbruck (4)

‘38 jaar, en hij heeft hem!’


‘Another Brick In The Wall’ is een serie columns van De Muur meesters zelve: Peter Ouwerkerk, Bert Wagendorp, John Kroon en Mart Smeets.

Another Brick In The Wall Liggend

Leave a Reply