Auteur: Bert Wagendorp
Je hebt overwinningen in allerlei soorten en maten en elke zege wekt zijn specifieke emoties. Dat heeft alles te maken met de persoon van de winnaar, met het verhaal achter de zege en natuurlijk met je eigen gemoedsgesteldheid. Als ze in Venetië net je portemonnee hebben gerold zit je even niet te wachten op een zege van Nibali. Onze loyaliteiten lopen langs ingewikkelde routes.
Dus toen Bauke Mollema zaterdagmiddag de Ronde van Lombardije won, was ik in alle staten.
Ik zie niemand liever winnen dan Bauke Mollema. Ik ben te oud om nog echte helden te hebben, maar zou iemand een pistool op mijn slaap zetten en me dwingen mijn grootste sportheld te noemen, dan zou ik onmiddellijk ‘Bauke Mollema’ zeggen.
De oorsprong van die voorkeur is triviaal. Ooit schreef Igor Wijnker in De Muur een subliem verhaal over Mollema, die toen nog maar net prof was geworden. Bij het verhaal stond een foto van Baukes studentenkamer – Mollema was dacht ik eerstejaars student Theoretische Natuurkunde, Raketwetenschappen of iets anders superingewikkelds. Hij sliep op een hoogslaper en daaronder stond een klein bureautje.
Zijn kamer bevond zich in de Jozef Israëlsstraat in Groningen, toevallig ook de straat waar ik zelf mijn leukste en wildste studentenjaren heb doorgebracht. Dit gedeelde verleden maakte de keuze gemakkelijk: Bauke had er een trouwe fan en bewonderaar bij.
Naarmate ik meer te weten kwam over Mollema, werd de band hechter. Zo bleek Mollema een van de weinige grote lezers in het peloton. Liever dan op zijn mobiel te gaan liggen kijken of een Netflix-serie op te zetten, pakte hij een boek van de stapel literatuur in zijn koffer.
In de bus op weg naar de start duikt Mollema ook graag nog even in de wereld van de fictie – en het schijnt een keer te zijn gebeurd dat hij zo geboeid was door zijn lectuur dat het peloton zich al op gang had getrokken terwijl Bauke nog met rode oortjes zat te lezen.
Ik weet niet of dit verhaal waar is. Er doen over Bauke Mollema veel verhalen de ronde, en er wordt veel verzonnen. Het web van verhalen rond zijn persoon is inmiddels zo omvangrijk dat Mollema, al ver voor het einde van zijn loopbaan, is uitgegroeid tot een legende, tot een mythologische figuur.
Dat komt niet door zijn imponerende zeges, in Lombardije boekte hij pas de dertiende overwinning in een carrière die tot dusver twaalf seizoenen als prof omspant. Dat Bauke Mollema een trouwe schare volgers heeft, komt puur door Bauke Mollema zelf. Natuurlijk ook een beetje door die schitterende naam en door de interviews die hij geeft, het komt ook een beetje door zijn manier van fietsen die doet denken aan de tijden van voor de uitvinding van de derailleur, maar het komt toch vooral door wie hij is.
Wie is Bauke Mollema dan? Dat is het punt: dat weet niemand, op Bauke Mollema zelf na. Misschien.
Mollema is in elk geval een hyperintelligent persoon, die de middelbare school verliet met louter negens en tienen op zijn eindlijst. Ook dreef hij zijn leraren Nederlands en vreemde talen tot waanzin door voor de boekenlijsten alleen boeken te lezen die a) heel dik waren en b) net waren verschenen.
Ook dit hoeft niet per se waar te zijn, al denk ik van wel.
Toen Bauke Mollema voor het eerst mocht meedoen met een trainingsritje van zijn Groningse wielervereniging, dichtte hij eerst het gat tussen de beginners en de betere recreanten, stoomde vervolgens solo door naar de jongens met een licentie en won afgetekend.
Ik heb dit verhaal uit meerdere bronnen vernomen, dus het moet waar zijn. Of hij inderdaad op de oude versnellingsloze Gazelle van zijn opa reed (met (volle) fietstassen) moet nader worden onderzocht, maar het valt niet uit te sluiten.
Bauke Mollema schijnt een correcte, maar niet meteen gezellige ploegmaat te zijn. Ooit heb ik een ploeggenoot van hem horen zeggen dat Mollema zich ook prima zou vermaken in een ploeg vol louter Chinees pratende Chinezen.
Nadat hij in Alkmaar Europees kampioen gemengde ploegentijdrit was geworden (en daar oprecht dolblij mee scheen te zijn), stond hij met zijn dochtertje op de arm bij de finish en vroeg beleefd of ze even bij iemand naar de wc mocht. Dat vond ik innemend en ik appte meteen mijn dochter, voor wiens voordeur hij toevallig stond, dat ze onmiddellijk de deur moest opendoen voor Bauke en Julien.
Zaterdagmiddag meende ik Bauke Mollema even te zien huilen van geluk. Dat had ik hem nog nooit eerder zien doen en het voegde weer iets warms en menselijks toe aan mijn grote waardering.
Op de vruchtbare grond van zijn grandioze zege in Il Lombardia zullen nog vele mythes opbloeien. Bauke Mollema heeft aangegeven tot zijn veertigste te willen doorfietsen, maar ik acht hem in staat door te gaan tot zijn vijftigste. Daarna gaat hij zijn autobiografie schrijven (1200 pagina’s) en het vijfde pianoconcert van Beethoven instuderen.